Minder overlast van afval dat naast vuilcontainers wordt gedumpt. Dat is het doel van de campagne ‘Afval in de bak’ van de gemeente Rotterdam. Om die te promoten staat er woensdagmiddag een pop-up afvalscheidingsstation in Crooswijk. Buurtbewoners kunnen tot 15:00 uur terecht op de Koeweide. “Mensen kunnen daar hun kleine afval in kwijt”, vertelt Leon van der Schelling, wijkconciërge Crooswijk. “En we hebben een perskraakwagen staan waar de bewoners hun grofvuil in kwijt kunnen.”
Chaos in de wijk
Van der Schelling loopt al drie jaar rond in Crooswijk als schakel tussen bewoners en gemeenschappelijke diensten. Volgens hem is deze campagne hard nodig in de wijk: “Wat betreft vuil in de wijk is het momenteel een chaos. We hebben hier helaas te maken met veel naast plaatsingen van grofvuil en klein grofvuil. Die zakken worden vaak opengetrokken door de meeuwen, dan waait het de hele wijk door. Daar hebben we veel werk aan.” Het plaatsen van afval naast de bak heeft volgens Van der Schelling deels te maken met gemakzucht. “Maar de bakken zitten ook vol. Niet altijd zitten alle bakken vol. Je kunt dus bijvoorbeeld ook naar een andere bak lopen waar je je spullen wel in kwijt kan.” Ook spreken buurtbewoners elkaar te weinig aan over het afval naast de bak, vindt hij. “De sociale controle is erg laag. Mensen zijn ook een beetje bang om de buren aan te spreken op hun gedrag.”
Informeren
Met de speciale middag wil Van der Schelling buurtbewoners informeren over de juiste manieren om je vuil te lozen. “We proberen de mensen tegemoet te komen en ook te vertellen dat je een afspraak kunt maken via 14010 en dat je je spullen kunt brengen naar het milieupark. Het is ook een service naar mensen die slecht ter been zijn of geen auto hebben.” De campagne beleeft zijn aftrap in Crooswijk, maar Van der Schelling kent ook de noodzaak in andere Rotterdamse wijken. Er zijn ook plannen voor Hillesluis, Carnisse en Spangen. “Ik zit in een app-groep met andere wijkconciërges. Zij staan te springen om deze campagne. Ze zijn een beetje jaloers.”